maandag 28 oktober 2019

Botten zonder eelt

Jij ziet mij soms als iets om te behoeden. Je noemde het fragiel maar wilde het niet zo noemen.
Ik luisterde van ver. Een bol van snot en tranen weerhield mij er tegen in te gaan. Fragiel. Zoals die man bij Rotown me ooit noemde, toen ik hem vertelde over mijn basgitaar, zoekend naar een plek om groter te groeien. Mijn gebrek aan talent en motivatie. In de benauwde serre waar ik voor het eerst hoorde hoe de helft van de wereld mijn soort ziet. Een meisje uit een dorp, zichzelf verliezend in de teringherrie van de stad. Steeds meer terug naar binnen.
Maar je bedoelde het veel groter, dat weet ik ook wel.

Fragiel.
Als een bolletje geheimen en mysteries onder een stolp. Je wilt haar beschermen tegen mensen die niet weten hoe ze ermee om moeten gaan.
Ik wilde nooit dat je mijn stolp zou zijn en jij wilde het niet worden. Maar misschien is het langzaam toch een beetje
gebeurd.
Je zag me immers toen de wereld boven op mijn botten knalde. Hoe mijn huid doorzichtig werd.
Je zag hoe ik het er letterlijk uit moest kotsen wanneer iets of iemand over mijn grenzen was gegaan. Voor je eigen ogen en voor mijn binnenste wil je dat niet meer mee maken.
Wanneer je zegt dat je me zo graag blij wilt zien, vind ik dat moeilijk. Alsof je me nu niet wilt zien. Nu de wereld, waarin iedereen elkaar zo graag wil zien, zijn sporen op me achter laat.
Maar ik vergeet soms dat je me ook zag wanneer ik dankzij mijn gebrek aan eelt de mooiste trillingen naar binnen kon halen. Zonder er iets voor te doen.
Huilen van geluk.


L.B. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten